Vijf graadmeters om goedkope aandelen te vinden

Door Redactie op 5 januari 2018 10:15 | Views: 20.705

Vijf graadmeters om goedkope aandelen te vinden

Hoe goedkoop (of duur) zijn aandelenmarkten in 2018 en wat is de beste graadmeter om goedkoop geprijsde aandelenmarkten te vinden? Duncan Lamont, hoofd research en analyse bij Schroders, zet de voor- en nadelen van vijf waarderingsindicatoren van markten op een rij. Ook geeft hij aan welke markten duur, dan wel goedkoop zijn.

Waardering is de sleutel tot het nemen van goede beleggingsbeslissingen. Maar om bewegingen van aandelenmarkten op de korte termijn te voorspellen, is waardering volgens Lamont geen goede indicator, dan domineren angst, hebzucht en andere ruis-veroorzakende factoren.

1. Voorspellende koers-winstverhouding

Een algemene graadmeter is de voorspellende koers-winstverhouding, ook wel bekend als forward P/E. Daarbij wordt de totale beurswaarde gedeeld door de verwachte winst per aandeel van alle bedrijven met een beursnotering voor de komende twaalf maanden. Hoe lager de ratio, des te beter de waardering. 

Nadeel is dat niemand de toekomst kent en weet hoe hoog de bedrijfswinsten zullen zijn. Analisten proberen dat in te schatten, maar zitten er regelmatig naast. Ze overschatten de bedrijfswinsten en daardoor lijken aandelen goedkoper dan ze in werkelijkheid zijn.

2. Voortschrijdende koers-winstverhouding

Daarom wordt vaker gebruik gemaakt van de voortschrijdende  koers-winstverhouding of trailing P/E, waarbij de waarde van de beurs wordt gedeeld door de winst die alle bedrijven met een beursnotering in de afgelopen twaalf maanden hebben gerealiseerd. Maar ook dat kan een scheef beeld geven, met name als de winsten een dip vertonen en, naar verwachting, weer aantrekken. 

3. Cyclisch gewogen koers-winstverhouding (CAPE)

De CAPE of Shiller P/E is een cyclisch gewogen koers-winstverhouding. Daarbij wordt de beurswaarde vergeleken met de gemiddelde winst over de afgelopen tien jaar, waarbij de winsten zijn gecorrigeerd voor inflatie. Dat filtert de fluctuaties in de winsten op de korte termijn eruit. 

Als de ratio hoog is dan zijn de rendementen op de korte termijn laag. Maar het is een slechte voorspeller van  omslagpunten in de markten. De Amerikaanse aandelenmarkten zijn volgens deze indicator al jaren erg duur, maar dat vormt geen belemmering nog duurder te worden.

4. Koers-boekwaarde

Deze graadmeter vergelijkt de marktwaarde van de aandelenmarkt met zijn boekwaarde of wat er overblijft voor de aandeelhouders nadat de onderneming aan al haar verplichtingen heeft voldaan. Een hoge koers-boekwaarde duidt dan op een dure markt. Bijvoorbeeld omdat hoge groei in de toekomst wordt verwacht. 

Door de link met de intrinsieke waarde van een onderneming is de koers-boekwaarde populair bij beleggers, met name bij waardebeleggers. Maar bij technologiebedrijven of bedrijven in de dienstverlenende sector speelt de koers-boekwaarde minder een rol omdat zij over weinig fysieke activa beschikken. Ook kunnen verschillen in boekhoudmethodes wereldwijd voor afwijkingen zorgen.

5. Dividendrendement

Het dividendrendement is een veelgebruikte factor om een toekomstig rendement te berekenen. Een laag dividendrendement wordt dan gezien als signaal voor een laag toekomstig rendement. Maar de graadmeter is op zijn retour. 

Een van de redenen hiervoor is de grootschalige aandeleninkoop die bedrijven toepassen om cash terug te geven aan aandeelhouders in plaats van dividend uit te keren (en die aandeleninkoop drijft aandelenprijzen op). Ook functioneert deze indicator niet bij een aantal grote groeibedrijven, die geen of een laag dividend uitkeren, maar hun inkomsten investeren in toekomstige groei.

Regio's vergelijken

Beleggers moeten volgens Lamont niet simpelweg regio's vergelijken op basis van een waarderingsindicator. Er zijn verschillen in boekhoudkundige regels, of samenstelling van aandelenmarkten. Technologieaandelen zijn bijvoorbeeld duurder dan andere sectoren, vanwege hun hoge groeiverwachtingen. Een markt met relatief veel van dit soort aandelen zal tegen een hogere waardering aanlopen. 

Om markten te vergelijken kiest Schroders ervoor om elke markt tegen zijn eigen historische gemiddelde af te meten en zo te vergelijken. Daaruit blijkt dat met uitzondering van Japan de markten op dit moment in het algemeen duur zijn.  

Japan aantrekkelijk, maar blootgesteld aan risico's

Japan is de enige markt die aantoonbaar aantrekkelijk gewaardeerd is. Het dividendrendement is bovengemiddeld en de markt is goedkoop op basis van koers-winstverhouding. Bedrijven profiteren van groeiende winstmarges en zowel het monetaire, als het bestedingsbeleid van de overheid zijn ondersteunend. Desalniettemin zijn enige indicatoren voor Japan aan de dure kant en is het land behoorlijk blootgesteld aan risico’s die door protectionisme en Noord-Korea veroorzaakt worden.

Opkomende markten duur geworden

Opkomende markten hebben een zeer sterk 2017 gehad. Met een rendement dat boven de 30% ligt hebben ze de ontwikkelde markten overtroffen. De waarderingen liggen nu erg hoog en het rendement kan aanzienlijk dalen.

Europa lijkt duur, maar blijft aantrekkelijk en is in een betere positie dan de waarderingen suggereren. Cyclisch herstel is onderweg. Winstmarges kunnen groeien waardoor bedrijfswinsten toenemen en aandelenrendement oploopt.

De VS is en blijft duur

De Amerikaanse aandelenmarkt is - niet verrassend - het duurst. Dat is al een aantal jaren zo. De geplande belastingverlaging zouden op de korte termijn ook nog eens de winstgevendheid van bedrijven moeten stimuleren. De waarderingen zullen op de lange termijn hoogstwaarschijnlijk niet positief uitpakken voor de Amerikaanse markt, maar ze zijn zelden de reden voor een verslechtering van de markten. 

Bekijk ook: Galapagos, Aegon, ING en Shell favoriet voor 2018

Meld u aan voor de Belegger.nl dagelijkse nieuwsbrief

en blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen op de beurs!

 

Meedoen aan de discussie?

Word nu gratis lid of log in met uw e-mailadres en wachtwoord.