Fonds van de week: PGIM Total Return Bond Fund

Door Robert van den Oever op 20 juni 2019 13:45 | Views: 1.717

Fonds van de week: PGIM Total Return Bond Fund

Het PGIM Total Return Bond Fund heeft een brede scoop in flexible obligaties, maar kan daarvoor gebruikmaken van een groot team met analisten en portefeuillebeheerders. De beleggingsaanpak is methodisch en kent een sterk risicobeheer. Ondanks korte perioden waarin het even tegenzit, veert het fonds snel weer op, zodat het lange-termijn track record indrukwekkend is.

PGIM Total Return Bond Fund in het kort

  • Morningstar Analyst Rating: Silver
  • Morningstar Rating: ****
  • Beheerteam: Positive
  • Fondshuis: Positive
  • Beleggingsproces: Positive
  • Rendement: Positive
  • Kosten: Positive

Het flexibele-obligatiefonds PGIM Total Return Bond Fund volgt een methodische beleggingsaanpak en kan bogen op een sterk risicobeheer en een indrukwekkend team van analisten en beheerders voor ondersteuning.

Het aangekondigde vertrek van co-beheerder Arvind Rajan, dat voor eind 2019 gepland staat, heeft geen gevolgen voor het positieve oordeel dat Morningstar-fondsanalist Samiya Jmili dit fonds geeft. Zij handhaaft de Morningstar Analyst Rating van Silver. 

Beheerteam

PGIM kondigde in april 2019 aan dat co-beheerder Arvind Rajan aan het eind van het jaar zal terugtreden. Hij kwam in 2015 bij het team en droeg bij aan PGIM's wereldwijde strategieën in een meer overkoepelende rol dan dagelijks beheer.

Intussen zijn co-beheerders Robert Tipp en Michael Collins respectievelijk 16 jaar en 9 jaar aan boord. Zij kregen in oktober 2018 gezelschap van Matthew Angelucci die een wereldwijde focus heeft. Het vertrek van Rajan leidt niet tot een aanpassing van het positieve oordeel op de People Pillar.

Collins en Tipp zijn ook de co-beheerders van Prudential Total Return Bond en Prudential Absolute Return Bond. Zij krijgen ondersteuning van een obligatieteam met flinke mankracht, want dit telt zo'n 200 beheerders en analisten die zetelen in Newark, New Jersey. De groep kan ook een veroep doen op een groot team dat zich bezighoudt met eigen analyse, risicobeheer en performance attributie. Het track record van de beheerders en het uitgebreide team waar ze mee werken leiden tot een positief oordeel op de People Pillar.

Fondshuis

Prudential fondsen zijn onderdeel van PGIM, de nieuwe naam voor wat voorheen bekend stond onder de naam Prudential Investment Management, de vermogensbeheertak van het Amerikaanse conglomeraat Prudential Financial. PGIM heeft onmiskenbare sterke punten, zoals een cultuur die in vele opzichten positief is en het heeft voortdurend stappen in de goede richting gezet. Ons toenemende vertrouwen in het fondshuis bezorgt het een positieve rating op de Parent Pillar.

Nagenoeg alle Prudential fondsen worden geadviseerd door dochterbedrijven van PGIM, voornamelijk Jennison Associates, Quantitative Management Associates, PGIM Fixed Income, and PGIM Real Estate.

Het obligatieteam, dat goed is voor meer dan de helft van het beheerd vermogen, is goed toegerust en risicobewust. De actief beheerde fundamentele aandelenfondsen worden gerund door Jennison met een gevestigd, herhaalbaar beleggingsproces.

De Prudential fondsen als groep hebben respectabele langetermijn track records. PGIM heeft sinds 2010 veel nieuwe fondsen gelanceerd, bijna de helft van zijn 79 open-end fondsen (per juni 2017). Dat is een mogelijke risicofactor, maar deze nieuwe fondsen begeven zich op terreinen waar het fondshuis al significante middelen op heeft zitten.

De in de Verenigde Staten gevestigde fondsen van Prudential staan onder leiding van een betrokken en actieve directie. Beleggers hebben zich sterk gemaakt om de kosten voor de fondsen omlaag te krijgen en dat is ook inderdaad gebeurd, hoewel ze nog verder omlaag kunnen. De beleggingen door de managers zelf in de eigen Prudential fondsen zijn toegenomen ten opzichte van de eerdere lage niveaus.

Proces

Het proces is gericht op het zoeken naar obligatie-uitgevers die sterke fundamentals hebben en tegelijk voor een gezond inkomen zorgen. Historisch gezien neigde PGIM altijd naar corporate credit gezien zijn verleden als verzekeringsbelegger. Maar tegenwoordig is de portefeuille opgeschoven onder invloed van waarderingen en macro-factoren naar een groter deel sovereign en gesecuritiseerde posities.

De benchmark Bloomberg Barclays Global Aggregate TR USD Index die het fonds volgt is niet gehegded en het fonds doet geen valutabeleggingen binnen een risicobudget. Het fonds maakt gebruik van een mix van 100 analisten en ruim 100 portefeuillebeheerders om de fundamentele sector en security research te koppelen aan de macro-beoordelingen van het fondshuis.

Het team mikt op 200 basispunten aan outperformance per jaar ten opzichte van de benchmark, waarbij idealiter 75 basispunten afkomstig zijn van sectorallocatie, 50 van subsector en security selectie, 40 van valutaselectie en 35 van posities op basis van duratie en yield curve. Met behulp van de risicomodellen probeert het team de tracking error op maximaal 335 basispunten te houden.

Alles bij elkaar weett het fonds een duidelijke en goed ontwikkelde strategie op deskundige wijze uit te voeren en daarom verdient het een positief oordeel op de Process Pillar.

Prestaties

Het fonds heeft zo nu en dan wat tegenslag, maar niet zodanig dat dit de lange-termijn prestaties beïnvloedt. Zo bleef het in 2008 ten tijde van de financiële crisis achter bijd e index en kwam het uit in het onderste eenderde deel van de categorie wereldwijde flexibele obligaties, maar tegelijk was de 3,9% ook weer niet heel dramatisch. Ook in het derde kwartaal van 2011 bleef het fonds achter. Maar in 2014 en 2015, toen energie- en grondstoffen gerelateerde beleggingen in de uitverkoop gingen, versloeg het fonds zijn concurrenten juist weer.

Het fonds bleef in 2013 achter tijdens 'taper tantrum' en ook tijdens de renteverhogingen eind 2016 en begin 2018, maar veerde elke keer na zo'n periode toch weer op. Zulke mindere periodes waren dus altijd van korte duur. Sinds de financiële crisis is het fonds meestal zijn benchmark en concurrenten voorgebleven.

De performance attributie suggereert dat PGIM succes had met de keuzes in looptijd en valuta, maar het succes van de sector allocatie en security selectie was consistenter van aard. Dat betekent een sterk track record sinds de oprichting van deze fondsvariant. In 2018 en in 2019 tot dusver versloeg het fonds zowel de benchmark als het categoriegemiddelde. Hoewel de volatiliteit hoger dan gemiddeld was, bleef die binnen de perken. Alles bij elkaar verdienen de prestaties van dit fonds een positief oordeel.

Kosten

De lopende kosten voor dit fonds bedragen 0,5% en dat is goedkoop in vergelijking met concurrerende fondsen in de categorie voor wereldwijde fexibele obligaties. Daarom een positief oordeel op de Price Pillar.

Robert van den Oever is Research Editor bij Morningstar Benelux

Meld u aan voor de Belegger.nl dagelijkse nieuwsbrief

en blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen op de beurs!

 

Meedoen aan de discussie?

Word nu gratis lid of log in met uw e-mailadres en wachtwoord.