Altijd weer goed: eens een 'oud' boek bij de hand nemen: Marchetti/Marks, de CIA en de spionagecultus, 1974.
Het hoofdstuk 'de CIA en de pers is weer bijzonder actueel.
Indertijd, in 1964, ging het over de verschijning van het boek 'the invisible government', geschreven door de journalisten David Wise van de New York Herald Tribune en Thomas Ross van de Chicago Sun-Times.
Dit boek was een toonbeeld van onderzoekende journalistiek op haar best en wekte, misschien juist daarom, de woede van de CIA op. Deze belde de uitgever, om de sterke bezwaren tegen de publicatie van het boek te uiten. Vervolgens bood een CIA-medewerker aan, de hele eerste druk van ruim 15.000 boeken op te kopen. Dat vond de uitgever prima, maar voegde eraan toe, dat aanvullende drukken aangemaakt zouden worden voor het publiek.
En dit is o zo actueel:
Het slot van de aanval van de dienst kwam in 1965, toen de CIA een anoniem document over 'de lastercampagne van de Sovjets en het communistische blok'rondstuurde aan diverse congresleden en de pers. Deze uitvoerige studie ging omstandig in op de vele manieren die door de KGB werden toegepast om de CIA in diskrediet te brengen, onder meer door de 'bewerking en uitmelking van westerse journalisten. Hiertoe behoren opvallend veel Amerikanen'.
Het rapport stelde als een voorbeeld van de KGB-misleiding een Russische radio-uitzending aan de kaak waarin rechtstreeks uit 'the invisible government' werd geciteerd.
Het hele hoofdstuk, pagina 364 tot en met 382, is trouwens bijzonder interessant om te lezen, vanwege de actualiteit.
Tsja, en nu is Trump gebombardeerd tot 'Russenvriend'...
Precies dezelfde aanpak als in 1964...