Journalisten en politici hebben net als in 2002, alweer dus, geen begin van een verklaring voor de nu al niet meer weg te denken vernieuwing die Baudet in het rechts conservatieve politieke landschap heeft gecreëerd. Een vernieuwing die als je wél met een verrekijker aan wal stond niet raadselachtig is maar het simpele gevolg van twee factoren.
Enerzijds de ontkoppeling van de oude politieke methode. ‘De revolutie op rechts’, zoals ik ergens las, is namelijk een exacte afspiegeling van Baudets eigenzinnige, maar zeker ook strategische aanpak. Door consequent te bedanken voor de rol als gecontroleerde oppositie, waarin je in Nederland geacht wordt de links-rechts definities van het kartel te adopteren – evenals de gedachte dat tweede viool spelen ook een dankbare taak is – was hij een vrij man en geen onderdeel van hun theater (vandaar dat Mark Rutte vaak opperde dat Baudet ‘maar wat theater speelt’, het is namelijk precies andersom). De andere factor is dat de partij als geheel, met hun EU-, immigratie- en klimaatkritiek, raakte aan een diepgewortelde behoefte in de samenleving om vast te houden aan fundamentele democratische principes en het (voor velen blijkbaar hilarische) concept van ‘het eigene’. Om een beetje in zijn termen te spreken: om vast te houden aan de logos, ratio en condicio humana. Omdat de waanzin en collectieve opoffering aan de God van De Verplichte Mening veel mensen teveel wordt. Anders gezegd: de trein van de grote mondiale omwenteling, waar alle andere partijen al lang op gesprongen waren, ging te hard. De treinreizigers zagen het niet, maar de achterblijvers wel. Dat is het bedrog en de ‘arrogantie van de macht’ waar Baudet in zijn overwinningsspeech aan refereerde.
Deze Baudetiaanse omwenteling is niet alleen een tegenreactie. Hij is in zijn aard substantiëler en potentieel vitaler dan die het establishment voor ogen heeft, want die is compleet losgezongen van de wetten van de menselijk natuur. De EU heeft zich in de afgelopen jaren, tijdens het optuigen van een utopisch construct, van zijn totalitaire kant laten zien. Internet wordt gereguleerd, soevereiniteit afgepakt en plannen doorgedrukt. Nederlanders werden de afgelopen jaren gereduceerd tot braaf stemvee, consumenten, ‘harde werkers’, ‘klimaat-spijbelaars’, ‘boze witte mannen’, ‘racisten’, ‘rechts’ en ‘links’, ‘islamofoben’, vervuilers en klagers. Tegelijk krijgen ze een wekelijkse dosis ‘gelukkigste mensen van de wereld’-propaganda. Alsof het zo makkelijk werkt. Deze toestand van het demoniseren van een heel volk om de rijen te sluiten en de EU als vanzelf weer belangrijk en noodzakelijk te maken was een onvermijdelijk gevolg van de wankele basis die de elite in heel Europa al heel lang heeft. Er is niks utopisch aan puur machtsbehoud.
Met de vliegende opkomst van Forum voor Democratie is veel meer gebeurd dan één miljoen keer ‘nee’ tegen die elite. Een theater dat drijft op schijn, is afhankelijk van schijn. Zonder schijn valt het doek. Regeringscoalitie, bestuurders en publieke media stonden allen in dienst van die schijn. Zij zijn dus niet alleen verslagen in de verkiezingen maar worden ook in hun bestaan bedreigd. We moeten niet onderschatten hoe fel en wanhopig er zal worden teruggevochten voor hun voortbestaan, ook als ze weten dat de geest niet meer in de fles gaat. Ze hebben immers geen nieuwe ideeën, en die zullen ze ook niet ontwikkelen. Omdat ze vanzelfsprekend ‘gelijk’ hebben, ‘stabiliteit’ brengen en ‘het antwoord zijn op het gevaar van rechts’.
Het is om die reden dat alle middenpartijen (in Europa) naar extreem-links opschuiven, de ‘politieke’ hoek waar desnoods de wapens worden opgepakt. Dat er nu journalisten bij het zien van Baudet in ‘de jaren dertig’ overdrive gaan, is dus ook geen reactie op de winst (of godbetert de ideeën) van Forum voor Democratie, maar op de wetenschap dat ze compleet afhankelijk zijn van de oude situatie, die als een kaartenhuis instort als er ook maar iemand (van betekenis) van mening verandert. Met uitzondering misschien van de column van Bas Heijne was niemand in staat boven zijn of haar benepen eigenbelangetjes uit te stijgen en het ‘Grote Gevaar van Forum voor Democratie’ in begrijpelijke mensentaal op te schrijven. In wat vooral een demonstratie van gehoorzaamheid aan het narratief was, bleef iedereen steken in ‘het nieuwe fascisme’, ‘zorgelijk’ en ‘het maken van statements’. Zo zette de overwinning van Baudet in een vloeiende beweging de desintegratie van de politiek correcte machtsorde in gang. Helemaal vanzelf. The centre will not hold, schreef de dichter W.B. Yeats in 1919.
De desintegratie van het oude bestel is in feite het echte nieuws van deze week. Er zijn vele subtiele aanwijzingen. Als je ‘Thierry Baudet’ invoert op de fotosite van het landelijke ANP krijg je bijvoorbeeld eerst foto’s van Freek de Jonge te zien. Een boze man vanuit verschillende hoeken gefotografeerd op het Boekenbal, waar hij opstond en zonder microfoon begon te oreren over “een statement maken”. Niet toevallig was daar vakgenoot Youp Van ’t Hek, die Baudet in zijn column ‘De Grote Charlatan’ noemt.
Nu valt pas echt op hoe sleets en middelmatig de politiek in Nederland bedreven werd. Elke partij lijkt nu te spreken via een ‘Carolien’, een hartmonitor die de toestand van de patiënt Nederland stabiel moet houden – en verder niet. Elke uithaal naar Baudet is een projectie van die armzalige situatie waarin iedereen gevangen had moeten blijven. Het wantrouwen tegen Baudet, de Hitler-vergelijkingen en de jaren dertig retoriek is het spiegelbeeld van hun eigen onderliggende radicalisme, het gevaarlijke collectivisme en de destructiedrift die in ze opwelt als ze daaraan herinnerd worden. Baudet is niet ‘het’ antwoord, hij is slechts de lont in het kruitvat van een onhoudbare situatie. De rest doen wij zelf. En als we willen, doen we het goed.