Verbijstering, verwondering en verontrusting
Verbijstering, verwondering en verontrusting. Drie woorden die de basis vormen van veel mijn denken over wat er in de wereld gebeurt.
In de laatste week werd een universitair docent tot haar schrik onaangenaam getroffen door een tsunami aan hate-emails nadat zij in een column prikkelend had gezegd dat ongevaccineerde studenten bij haar college’s niet meer welkom waren. Die ongevaccineerde studenten moesten maar online college volgen, iets waarvan zij in het begin van haar column zei dat die vorm van onderwijs invalide is om kennis over te dragen. De column was prikkelend bedoeld, het was haar eigen mening, zij wist niet hoe collegae daar over dachten, zij sprak voor zichzelf. Zij bediende zich van de zelfde rare vergelijking als de demissionair minister van volksgezondheid: als je een frikandel durft te eten, dan moet je ook een prik met een eiwitje durven nemen. Zij verweet ongevaccineerde studenten een gebrek aan waardering voor wetenschap, en dat terwijl zij een wetenschappelijke opleiding volgden. Zij eindigde haar column met de zin: ‘Laat de hate-emails maar binnen komen’. En die kwamen. Hate-emails zijn altijd heel erg naar om te ontvangen en ze ontwrichten je. Je hebt er slapeloze nachten door. Ik wens ze niemand toe.
Een collega-ethicus zei in dezelfde week op Twitter dat ‘Ongevaccineerden er bij hem niet meer inkwamen’.
Twee gebeurtenissen waar ik over nadenk en ook oprecht van schrik. Beide waren het gebeurtenissen waar ik door verbijsterd, verwonderd en met name verontrust ben geraakt. Het eerste dat in mij opkwam is de vraag of zij anderen discrimineren.
Is dit discriminatie? Op de website van het College voor de rechten van de Mens (www.mensenrechten.nl) lees ik: ‘Niemand wil gediscrimineerd worden. En vrijwel niemand zal een ander bewust discrimineren. Discriminatie is mensen anders behandelen, achterstellen of uitsluiten op basis van (persoonlijke) kenmerken. Deze kenmerken worden discriminatiegronden genoemd. De wetgeving over gelijke behandeling beschermt de volgende persoonskenmerken: godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, nationaliteit, seksuele geaardheid, burgelijke staat, handicap of ziekte en leeftijd. Het een en ander staat in artikel 1 van onze grondwet geregeld. De Nederlandse ‘Algemene wet gelijke behandeling’ uit 1994 gaat in op dezelfde persoonskenmerken. Nergens iets over anders behandelen op basis van het al dan niet kiezen voor een bepaalde medische behandeling of medicijngebruik. In artikel 1, protocol 12 bij het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (Protocol van 4 november 2000, in Nederland in werking gekomen op 1 april 2005) staat bij het eerste lid: ‘Het genot van elk in de wet neergelegd recht moet worden verzekerd zonder enige discriminatie op welke grond dan ook, zoals geslacht, ras, kleur, taal, godsdienst, politiek of andere mening, nationale of maatschappelijke afkomst, het behoren tot een nationale minderheid, vermogen, geboorte of andere status’.
De hoogleraar privaatrecht van de Universiteit Nijmegen en Erasmus Universiteit Rotterdam, Prof dr André Nuytinck heeft terecht er op gewezen dat uitsluiting of discriminatie op basis van vaccinatiestatus onder ‘andere status’ te zien moet zijn. Dus hem hierin volgend discrimineren de docenten hun studenten en dat is bij goede (inter)nationale wetgeving verboden.
Ik probeer mij te verplaatsen in hun denken hierover. Discrimineren zij? Ik wil het zo graag begrijpen.
Een paar voorbeelden over vaccinatie, niet om onderling te vergelijken, maar om te begrijpen waarom we het doen.
Allereerst, vaccinatie tegen infectieziekten doe je primair voor jezelf. Maar ook voor anderen.
1.1. Als een hulpverlener zich tegen hepatitis-B laat vaccineren is dat om zichzelf te beschermen tegen het virus waarmee hij of zij in contact met patienten zich zou kunnen besmetten. Dat heet ‘Risicolopend personeel’. Door de aard van de werkzaamheden is er kans op besmetting van de hulpverlener. Naast de kans om in de beroepsuitoefening zelf besmet te worden is er ook een kans op besmettingsgevaar voor patienten. Dat heet ‘Risicovormend personeel’. Vandaar dat ziekenhuizen vaccinatie voor hepatitis B voor personeel voorwaardelijk hebben gesteld. Is het discriminatie als je er niet ongevaccineerd mag werken? Nee, dat is het niet. Het hepatitis-B virus is wel honderd keer besmettelijker dan HIV en bloedcontact (bijvoorbeeld verpleegkundige prikt zich per ongeluk aan een vuile naald) is een zeker en reeel beroepsrisico. Daarnaast is hepatitis B is een ernstige ziekte met een mortaliteit van ongeveer 1%. Bij 10% van de besmette mensen leidt besmetting tot een chronische hepatitis met het gevaar op leververbindweefseling (cirrose) of zelfs leverkanker. Dat wil je jezelf of een ander niet aandoen. Maar er is geen vaccinatieplicht voor burgers buiten het ziekenhuis. Een niet tegen hepatitis B gevaccineerde patiënt is welkom en wordt zonder onderscheid behandeld.
.....