De rengalop
21 augustus 2009 | Het Financieele Dagblad
Tussen 2006 en 2009 heeft supermarktconcern Ahold zwaar vertimmerd aan de winkels van zijn Amerikaanse formules Stop & Shop en Giant-Landover. De respectievelijk in New England en in de staten rond hoofdstad Washington actieve ketens kregen niet alleen een nieuw verfje en een nieuw logo. Per productcategorie werd het assortiment doorgelicht, waarbij de nadruk viel op twee aspecten. Klanten mochten niet langer het idee krijgen dat de winkel duurder is dan de concurrent. En ze moesten een ruimere keus kunnen maken uit de door Ahold onder eigen merknamen uitgebrachte artikelen, vooral in de koelverssfeer.
Omdat de winkelier als opdrachtgever vaak veel hogere marges behaalt op deze huismerken dan op de zogenaamde A-merken van grote fabrikanten, financiert de ene operatie op den duur de andere. Ahold kan immers genoegen nemen met een lagere marge op het slinkende aanbod A-merken. Of deze publiekstrekkers tijdens een 'prijsoorlog' zelfs onder de kostprijs verkopen om zo weer marktaandeel te winnen van concurrenten.
Bij Albert Heijn ligt het aandeel van 'echte' huismerken, dus exclusief verse waren, op 35 tot 40%. En de grens is nog niet bereikt, al zal de groei wel afzwakken. Vooral in 'non-food' is Albert Heijn nog niet klaar. In de Amerikaanse winkels ligt het aandeel van de eigen merken pas op 15%, zei topman John Rishton gisteren. Daar valt dus nog een wereld te winnen. Zeker nu de consument, gedwongen door de economische omstandigheden, op zoek is naar goedkopere alternatieven.
Dat faseverschil komt tot uitdrukking als de resultaten naar regio en winkelketen worden uitgesplitst. De gisteren gepubliceerde halfjaarcijfers bevestigen dat het Nederlandse bedrijf niet langer de drijvende kracht is achter de winstgroei van Ahold. Die rol is overgenomen door Stop & Shop/Giant-Landover, dat als één divisie rapporteert.
In 2008 deed Albert Heijn de wereld nog versteld staan door het bedrijfsresultaat met 13,3% te laten groeien, bij een eveneens fenomenale omzetstijging van bijna 13%. Stop & Shop moest het toen nog doen met een omzetgroei (in dollars) van 2,4%, terwijl het bedrijfsresultaat met 5,9% steeg.
De twee Amerikaanse ketens overvleugelen nu hun Hollandse zusje. Op het oog hield de omzetgroei van Albert Heijn in de eerste jaarhelft met 7,8% behoorlijk stand. Maar zonder de vorig jaar van Schuitema overgenomen C1000-winkels blijft daar maar 2,8% van over, terwijl de Stop & Shop en Giant-Landover winkels die een jaar of langer open zijn, respectievelijk 4,2 en 3,5% meer verkochten.
Albert Heijn maakt een haperende omzetgroei van 0,4% in het tweede kwartaal gedeeltelijk goed met herstel van de margegroei, die in het eerste kwartaal was stilgevallen. Het bedrijfsresultaat groeide met 8,7%, waardoor de groei over de eerste jaarhelft uitkomt op 3,7%. Maar terwijl AH van stilstand weer overgaat in stap, gaan de Amerikanen van draf in rengalop. Hun bedrijfsresultaat groeit met 35,2%, een resultante van 19,8% in het eerste en maar liefst 60% in het tweede kwartaal.
Bartjens@fd.nl
Copyright (c) 2009 Het Financieele Dagblad
Actuele koers Ahold, Kon. 8,50 (+0,37%)