Waterbouw fors in de lift
In twee jaar tijd is de omvang van de waterbouwmarkt met 10% gegroeid tot €2,8 mrd. Vooral Rijkswaterstaat zorgde voor groei, met investeringen in dijken, vaarwegen en kades. Dat blijkt vrijdag uit een studie van het Economisch Instituut voor de Bouw. De waterschappen investeerden juist minder.
De waterbouwsector ondervindt wel hinder van een gebrek aan continuïteit in opdrachten. Zo spelen vooral bij de waterschappen sterke pieken en dalen: één op de drie waterschappen gaat veel meer investeren dan in de afgelopen jaren, en ook één op de drie veel minder. Deze wisselingen zorgen op regionaal niveau voor onzekerheden, waardoor bedrijven terughoudend zijn met meerjarige investeringen in innovaties.
4500 banen
Vanwege discontinuïteit in opdrachten kan de sector bovendien moeilijk aan personeel komen, terwijl de komende vijf jaar naar verwachting 4500 nieuwe werknemers nodig zijn. Het gaat daarbij om vervanging van personeel dat met pensioen gaat, en noodzakelijke uitbreiding van activiteiten vanwege een investeringsprogramma van totaal €30 mrd in tien jaar tijd. Dit laatste betreft onder meer verbetering van waterveiligheid en bestrijding van wateroverlast. Vooral projectleiders, werkvoorbereiders en risico- en omgevingsmanagers worden gezocht.
Als oplossing voor de grote fluctuaties in opdrachten pleit het EIB voor een betere afstemming van grote investeringsprogramma's door opdrachtgevers en markt gezamenlijk. Ook zal een betere informatievoorziening over toekomstige projecten bedrijven 'houvast bieden' voor noodzakelijke investeringen, zo concludeert het EIB in 'Opgaven en kansen voor de waterbouw 2018-2018'. Een studie die in opdracht van de vereniging van Waterbouwers is uitgevoerd.