De aanbesteding voor de nieuwe zeesluis bij IJmuiden valt 93 miljoen euro goedkoper uit dan Rijkswaterstaat had verwacht. Het consortium dat de aanbesteding won, bleef vijftien procent onder de kostenraming.
Door: Bart van Zoelen 7 september 2016, 12:55
De vanuit de Amsterdamse haven lang vurig bepleite nieuwe zeesluis wordt de grootste ter wereld, zo werd woensdagochtend nog maar eens benadrukt toen minister Melanie Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) in IJmuiden officieel het startschot gaf voor de bouw.
Amsterdam kan met de bredere sluis uitgroeien tot de derde haven van Europa, zei Schultz zelfs - nu is Amsterdam nog de nummer vier.
De minister sprak van een 'nieuwe voordeur van Amsterdam'. Verder noemde ze het ontwerp van aannemersconsortium OpenIJ - een combinatie van BAM-PGGM, VolkerWessels en DIF - 'een icoon van inventief bouwen'.
Stuk goedkoper
Voor de nieuwe, zeventig meter brede sluis wordt een doorgang gemaakt door het bestaande sluiscomplex. En intussen gaat het scheepvaartverkeer gewoon door, via de uit 1929 stammende Noordersluis.
Aanvankelijk gaf het een schrikreactie bij Rijkswaterstaat
Bijkomend voordeel van het innovatieve ontwerp: de sluis is een stuk goedkoper uitgevallen. Tijdens de aanbesteding noemde Rijkswaterstaat 515 miljoen euro als het maximale bedrag dat het wilde uittrekken voor bouw en 26 jaar onderhoud van de sluis.
Omgerekend naar reële bedragen ligt de bieding waarmee OpenIJ de concurrentie de loef afstak, circa vijftien procent lager dan de bedrijfseconomische raming van Rijkswaterstaat.
Schrikreactie
Aanvankelijk gaf dat een schrikreactie bij Rijkswaterstaat. Ging het consortium niet te diep door de knieën om de aanbesteding in zijn voordeel te beslechten?
Bij de snelweg A15 had een ultiem bod van de aannemers voor alleen maar narigheid gezorgd: de aannemers gingen het schip in en het 'vechtcontract' liep uit op eindeloos getouwtrek over wie allerlei bijkomende kosten voor zijn rekening moest nemen.
"We dachten eerst: Néé toch," zei Jaap Zeilmaker, als projectdirecteur binnen Rijkswaterstaat verantwoordelijk voor de zeesluis, in NRC Handelsblad. Pas na toetsing door externe adviseurs en uitvoerige gesprekken met OpenIJ durfde Rijkswaterstaat mee te gaan in de plannen van het aannemersconsortium.
Niet ongebruikelijk
Maar eenmaal van de grootste schrik bekomen noemt Rijkswaterstaat het vijftien procent lagere bod 'niet ongebruikelijk'. "We hebben net nog de A2-tunnel door Maastricht afgerond, binnen de afgesproken termijn en begroting. Het beeld dat alles altijd maar duurder uitvalt, herkennen we niet," zegt een woordvoerder.
Het beeld dat alles altijd maar duurder uitvalt, herkennen we niet
Er zijn ook wel extra redenen te noemen waardoor het winnende bod zo veel lager uitviel dan de ramingen van Rijkswaterstaat.
Zo is de rente intussen veel lager dan toen, jaren geleden, de eerste planstudies voor de sluis waren gemaakt, zodat OpenIJ veel minder kwijt is aan financiering.
Daarnaast heeft OpenIJ de sluis zo ontworpen, zegt Rijkswaterstaat, dat die ook goedkoper kan worden gebouwd. Het mooiste voorbeeld zijn wel de sluisdeuren, die straks identiek zijn. Daardoor is nog maar één reservedeur nodig, in plaats van twee. Een ander voordeel is dat het water door de sluisdeuren wordt afgevoerd in plaats van door omloopriolen naast de sluis. Ook dat scheelt in de bouwtijd en de kosten.
Meerwerk
Pas in 2020 kan Rijkswaterstaat vaststellen wat de sluis precies kost. Er kan altijd nog meerwerk om de hoek komen kijken, zegt Zeilmaker. "En dan gaat het bij dit soort grote contracten ook hard."
Maar de overheden die meebetalen aan de nieuwe sluis, kunnen een royale 'aanbestedingsmeevaller' tegemoet zien. Met de gemeente Amsterdam en de provincie is overeengekomen dat die meevaller nu al wordt afgerekend.
Maximaal 105 miljoen
Eventuele meerkosten komen daarmee voor rekening van Rijkswaterstaat.
Voor de sluis kwam een Europese subsidie van 11 miljoen euro. De provincie Noord-Holland en de gemeente Amsterdam betalen mee omdat de nieuwe sluis al in 2019 gereedkomt terwijl de oude Noordersluis strikt genomen pas tien jaar later aan vervanging toe is.
De provincie droeg daarom 57 miljoen bij en Amsterdam 'maximaal 105 miljoen' - de hoogopgelopen kosten van de Noord/Zuidlijn die de gemeente voor haar rekening moest nemen omdat met Rijkswaterstaat geen maximum was afgesproken, waren een dure les. Over de 'herverdeling' van de kosten zijn alle betrokken overheden nog druk in gesprek, aldus Rijkswaterstaat.