Sinds 1945 zijn de huizenprijzen min of meer gekoppeld aan de loonontwikkeling (= gezinsinkomen). Tijdens de afgelopen decennia is dit beeld verstoord doordat er meerdere kostwinners per gezin (tweeverdieners) zijn bijgekomen. Samen met de renteaftrek en de steeds soepeler opstelling van hypotheekverstrekkers, zijn we op een onrealistisch hoog niveau terecht gekomen, gebaseerd op een aantal aannames die aan geen enkele marktwetmatigheid voldoet.
De loonontwikkeling in Duitsland is gemiddeld 0,5% per jaar geweest; bij ons 5%. Dat is direct aan de huizenprijzen te zien.
Terug moet!
De bron van de ellende is het uit de hand gelopen verschil tussen hoge en lage inkomens. De huizenprijzen volgen die van de hogere inkomens (horeca ook). Onze concurrentiepositie staat op het spel, en daarom zouden zowel de lonen als de woonlasten voorlopig niet meer moeten stijgen (tenminste 10 jaar). Loonverlaging is niet mogelijk zolang er nog hypotheken staan die meer dan 70% van de getaxeerde waarde van de woning vertegenwoordigen.
Naast bevriezen van de lonen, zal er gewerkt moeten worden aan het verkleinen van de verschillen. Met name de lonen hoger dan modaal moeten naar beneden, waarbij dan tevens een belastingverlaging behoort.
In aanloop naar een koopwoning, moet gespaard worden wat sterk gestimuleerd moet worden, anders komt er weinig van terecht.
Zo zijn er nog een aantal voorwaarden, maar ook consequenties die leiden tot nog meer bezuinigingen bij de overheidsuitgaven.
Bij diverse discussies heb ik een aantal technisch haalbare bezuinigingen zien passeren, die vele miljarden zouden besparen, maar door politieke onwil en bescherming van het veel te omvangrijke ambtenarenapparaat vooralsnog niet ter spraken komen.
Als er een opleving komt op het gebied van huizenprijzen, dan is dat tijdelijk als het gevolg van een maatregel die valt onder de categorie symptoombestrijding. En daarna is ellende nog groter.
M.i. is er echter geen sprake van een woningmarkt die vastzit; er zijn teveel projectontwikkelaars, gemeentes willen teveel grond verkopen, er zijn teveel woningen per inwoner, iedereen wil in Amsterdam wonen, Niemand wil in Oost-Nederland waar een halfvrijstaande woning 180.000 kost wonen, etc., etc..