Een krokant portret over het leven van staatsman Mark Rutte, onze Minister President !
10 jaar Mark Rutte Voor haar boek over Mark Rutte sprak Petra de Koning veel mensen uit de Haagse binnenwereld én uit zijn eigen cirkel, veelal met diens instemming. Het levert een krokant portret op.
Petra de Koning: Mark Rutte
Brooklyn, 232 blz. € 20,-
Menno Hurenkamp uit NRC
15 oktober 2020
Leestijd 4 minuten
Petra de Koning dicht Mark Rutte drie kenmerken toe. Allereerst dat hij ‘het liefst altijd alles hetzelfde doet’, van de plek waar hij ’s ochtends koffie koopt tot de jaarlijks terugkerende vakantietripjes met vrienden. Dan dat hij ‘vasthoudt aan de dingen die hij zich voorneemt’, waarvan streven naar het premierschap sinds de middelbare school een voorbeeld is.
De Koning registreert ten slotte scherp dat Rutte het ‘erg belangrijk vindt hoe hij in beeld komt’. Als je Rutte zelf naar zijn fouten vraagt, vertelt De Koning, begint-ie graag over hoe hij in Groningen gefotografeerd werd terwijl hij zijn kaken opensperde om er een gefrituurde eierbal tussen te schuiven.
Campagneblunder! Mogelijk dat werknemers van de door Rutte onder druk gezette, nabijgelegen sociale werkplaatsen juist déze vergissing niet onthouden hebben.
De drie waarnemingen sluiten een krokant portret over Mark Rutte af. De Koning sprak veel mensen uit de Haagse binnenwereld en uit Ruttes eigen cirkel, veelal met diens instemming. Over zijn jeugd met Indische ondertonen in Den Haag (Avro, Telegraaf), over de verlegen gymnasiast die politieke interviews naspeelde (Den Uyl), over de student die liever achter de piano zat dan uit zuipen ging (Chopin, zéker geen Wagner).
Over vriendinnen van vroeger (anoniem). En met name over de raspoliticus die zich door spraak- en kledingadviseurs liet bijpunten van jolige intellectueel tot staatsman van beroep.
Echt Haagse kwesties, zoals de hardnekkige neiging tot aftreden van Ruttes bewindslieden op Justitie of hoe Rutte als minister-president het ministerie van Buitenlandse Zaken overbodig maakte, komen niet aan bod. Ook zijn lagere school of zijn werk bij Unilever blijft buiten beeld. Dat komt vast in volgende, ongetwijfeld minder leesbare studies. De Konings boek is geen biografie, maar een goed gedocumenteerd verhaal in medias res, over een man die premier wil worden en weet te blijven.
Miljonair
Nu straalt Rutte en staren Hugo de Jonge en Wopke Hoekstra in diens koplampen zoals in een vorig kabinet Diederik Samsom en Lodewijk Asscher dat deden. Meeregeren met die joviale man, het kost je zo een zetel per maand. Maar over een half jaar zijn er verkiezingen. Wie weet beter dan Rutte zelf dat een week al een lange tijd is in de politiek?
Hij wilde het immers al op de middelbare school. Niet vakbondsleider of miljonair worden, maar staatsman, iemand die het land redt. De jonge Rutte leest veel over politiek. Hij stort zich al snel in de slangenkuil die JOVD heet. Die is dan nog tegen monarchie en dienstplicht, memoreert
De Koning. Maar men maakt vooral ruzie om baantjes. Na de JOVD is, volgens Ruttes eigen zeggen, de VVD een makkie.
Zijn getrainde politieke instinct blijkt wanneer hij aan het begin van zijn carrière herhaaldelijk va banque speelt. In de strijd om het leiderschap met Rita Verdonk of wanneer hij als oppositieleider een motie van wantrouwen tegen het kabinet-Balkenende IV indient, dan is het alles of niks. ‘Dit wordt onze laatste dag’, zegt hij dan laconiek tegen een medewerker, ‘laten we er maar van genieten’. Maar Rutte komt er telkens beter uit.
Zoals ook mislukkingen niet blijven kleven. Het Sociaal akkoord uit 2013 komt onder zijn leiding tot stand. Rutte noemt het ‘historisch’ dat VVD, PvdA, werkgevers en vakbeweging de verzorgingsstaat grondig op de schop nemen. Maar alle betrokkenen trekken hun handen eraf, laat De Koning nog eens zien.
Rutte hoor je er niet meer over. De rekening valt elders, bij een krimpende PvdA of een groeiende PVV.